Algemeen
Riolering omvat meer dan alleen buizen onder de grond. Het gaat om het geheel aan voorzieningen, waarmee de gemeente zorgt voor de volksgezondheid en droge voeten. Hiervoor hebben we drie wettelijke zorgplichten, namelijk voor afvalwater, hemelwater en grondwater. Op basis van meerjarenplanningen voeren we jaarlijks onderhoudswerkzaamheden uit aan het gehele systeem van stedelijk water (o.a. riolen, gemalen en wadi's). Bij de uitvoering hanteren we de uitgangspunten en de randvoorwaarden, die vastliggen in het beheerplan riool 2020-2025. Beleid
De actuele beleidskaders zijn overgenomen in de oplegnotitie van de beheerplannen 'Integraal overzicht beheerplannen openbare ruimte 2020' en deze dient als voortgezet kader voor de periode 2021 tot en met 2025. Het beheerplan riool 2020-2025 is één van de onderleggers van deze oplegnotitie. Financiële middelen - Klein onderhoud bestaat uit correctief onderhoud, uitgevoerd door Avri en het preventief onderhoud. Preventief onderhoud bestaat uit het inspecteren en bij gemalen het vervangen van kleine onderdelen. Op basis van de inspecties plannen we groot onderhoud in. Daarbij vervangen we zo'n 50 pompen per jaar;
- Riolering betalen we kostendekkend uit de rioolheffing. Het gaat om een jaarlijks bedrag van ruim € 2,8 miljoen. Naast de exploitatie voeden we hiermee de volgende drie voorzieningen:
- Voorziening GRP: met deze voorziening zorgen we voor een gelijkmatige ontwikkeling van het tarief van de rioolheffing (op grond van artikel 44, lid 2 BBV);
- Voorziening Vervanging Riolering: met deze voorziening sparen we voor toekomstige rioolvervanging. We verwachten dat we pas vanaf 2021 uit deze voorziening hoeven te putten. Door te sparen voor toekomstige rioolvervangingen voorkomen we rentelasten (op grond van artikel 44, lid 1d BBV);
- Voorziening Onderhoud Riolering (gemalen): deze voorziening gebruiken we voor groot onderhoud aan de rioolgemalen. Hiermee verevenen we de jaarlijkse lasten voor de begroting (op grond van artikel 44, lid 1c BBV).
- Alle voorzieningen zijn toereikend om het vereiste onderhoud uit te voeren;
- Het taakveld riolering sluit met een batig saldo van € 336.012. Hiervan is € 200.000 het gevolg van uw besluit in 2017 om BTW op de exploitatiekosten van het riool te verrekenen in het riooltarief. € 136.012 is de bijdrage in de overheadkosten.
Risico's
We voorzien richting de toekomst geen specifieke risico's. Wel moeten we de kosten voor de nog te bepalen maatregelen in het kader van klimaatadaptatie (wateroverlast) nog verwerken. | 
